Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Algemene wet inzake rijksbelastingen

 

Artikel 76
1
Ten aanzien van bij de belastingwet strafbaar gestelde feiten gelden in plaats van de artikelen 74 en 74a van het Wetboek van Strafrecht de volgende bepalingen.
2
Ten aanzien van feiten, met betrekking tot welke het proces-verbaal niet overeenkomstig artikel 80, tweede lid, in handen van de officier van justitie is gesteld, vervalt het recht tot strafvordering door vrijwillige voldoening aan de voorwaarden welke het bestuur van ?s Rijks belastingen ter voorkoming van de strafvervolging mocht hebben gesteld.
3
Als voorwaarden kunnen worden gesteld:
a
betaling aan de Staat van een geldsom, te bepalen op ten minste € 3 en ten hoogste het maximum van de geldboete die voor het feit kan worden opgelegd;
b
afstand van voorwerpen die in beslag zijn genomen en vatbaar zijn voor verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer;
c
uitlevering, of voldoening aan de Staat van de geschatte waarde, van voorwerpen die vatbaar zijn voor verbeurdverklaring;
d
voldoening aan de Staat van een geldbedrag gelijk aan of lager dan het geschatte voordeel - met inbegrip van besparing van kosten - door de verdachte verkregen door middel van of uit het strafbare feit;
e
het alsnog voldoen aan een bij de belastingwet gestelde verplichting;
4
Het bestuur van ?s Rijks belastingen bepaalt telkens de termijn binnen welke aan de gestelde voorwaarden moet zijn voldaan en zo nodig tevens de plaats waar zulks moet geschieden. De gestelde termijn kan vóór de afloop daarvan éénmaal worden verlengd.
5
Artikel 552ab van het Wetboek van Strafvordering is van overeenkomstige toepassing.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • LJN AD7547, Raadkamer, 01/511
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    21-12-2001
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Raadkamer
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank 's-Hertogenbosch
    Nu in de kennisgeving van niet verdere vervolging is aangegeven dat fiscale afdoening prevaleert en de oplegging van een bestuurlijke boete niet kan worden aangemerkt als een voortzetting van de strafprocedure, is door genoemde kennisgeving de zaak geëindigd zonder oplegging van een straf of maatregel...
  • LJN AV0879, Eerste aanleg - meervoudig, 04/03400
    Rechtsoort
    Belasting
    Datum uitspraak
    18-01-2006
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - meervoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Gerechtshof Amsterdam
    Navorderingsaanslag ter zake van ontvangen afkoopsom huurovereenkomst terecht opgelegd. Getuigenaanbod gepasseerd. Geen pleitbaar standpunt. Persoonlijke omstandigheden en una-viabeginsel leiden niet tot matiging of vervallen vergrijpboete. Vermindering boete in verband met overschrijding redelijke termijn.
  •